De oorlog begon op 28 juli 1914 en duurde tot 11 november 1918. Door de uitvindingen in de 19e eeuw was het oorlog voeren sterk veranderd. De schouder aan schouder en man tegen man gevechten waren door de komst van de snellere en krachtigere wapens niet meer effectief. Om zich te beschermen werden aan weerszijde van de vuurlinie stellingen opgeworpen en duizenden kilometers loopgraven gegraven waarin men zich verschanste en vanwaar men de vijand met de nieuwe wapens bestookte. Zo ontstond een ruim vier jaar durende, zeer heftige, strijd die naar schatting aan 10 miljoen mensen het leven heeft gekost.

De Belgische stad Ieper lag in die tijd midden in het strijdgewoel. Het werd aan drie zijden omringd door Duitse troepen. Ondanks vier enorme veldslagen, waarbij ruim 500.000 doden vielen, hielden de Britse verdedigers stand. De stad was na de vierde veldslag echter geheel verwoest. Ondanks plannen de puinhopen als macaber gedenkteken te laten liggen werd de stad mede door Duits geld (Wiedergutmachung) echter weer in vooroorlogse staat teruggebracht. De geschiedenis heeft een plaats gekregen in de stad.

Het Flanders Fields Museum, de dagelijkse herdenking ‘Last Post’ bij de Menenpoort en de meer dan 170 begraafplaatsen rondom de stad zijn blijvende herinneringen. Maar de stad heeft de bezoeker ook daarnaast veel te bieden. Het is een bruisende provinciestad met veel horeca, bezienswaardigheden, wandelroutes en volop winkelmogelijkheden.